Vrijdag 12 februari 2010

Eergisteren wandelde ik na de repetitie door de sneeuw terug naar huis. De sporen van mijn voetstappen op de heenweg waren nog te zien. Iedereen vertrok snel: bezorgd over veilig thuis geraken, en vroeger opstaan de volgende dag. We speelden vier van de vijf bedrijven. Elk bedrijf blijkt iets meer dan twintig minuten te duren. Tijdens de voorstelling betekent dat een uur voor de pauze, en drie kwartier na.

Na afloop was ik onrustig. Komt het wel goed? De scène aan het begin van het stuk tussen Mélisande en Golaud liep mis. Dat is een scène die we voorbije zaterdag repeteerden. Tabea en Filip, die de rollen spelen, waren toen op dreef, en ik was vol vertrouwen. Maar woensdag bleken de posities op de scène vergeten, verdween er tekst, en ging de betekenis van de laatste zinnen (Mélisande gaat aarzelend met hem mee) verloren. Als ze het straks zo spelen, merkt het publiek niets, maar is de inhoud van de scène wel een stuk schraler dan bedoeld. We denken A te spelen, maar op de scène staat B. Dus was ik van slag, en keek ik ook naar wat volgde van op een afstand, met een gevoel van: wat een vreemd spektakel. Is that all there is? Het wordt ook moeilijker om in te schatten hoe de voorstelling zal overkomen bij iemand die ze voor het eerst ziet. Verstaanbaarheid kan ik bijvoorbeeld niet meer goed beoordelen. Ik ken de tekst; ik ken de stemmen. Ik versta alles.

Vandaag weet ik terug wat ik wil. De hedendaagse opvatting is dat Pelléas en Mélisande als stuk een mager beestje is. Dat heeft te maken met gewijzigde smaak. David Van Reybroeck schrijft in een commentaar (die Luc Pay naar het hele gezelschap stuurde) dat “wat vandaag als pure kitsch overkomt, destijds als pure schoonheid werd ervaren”. De obsessie met het haar van Mélisande bijvoorbeeld, die teruggaat op schilders als Rossetti en Beardsley en Klimt… Hebben mensen vandaag nog enige affiniteit met personages die van weinig dadendrang blijk geven, ten prooi zijn aan stemmingen, en speelbal zijn van het noodlot? Ik zelf wel. Ik vind het prachtig. Ik zou die ene mythische opvoering in de tuin van de auteur heel graag hebben gezien. Alleen denk ik dat het stuk vandaag heel anders moet worden gespeeld dan toen… om uiteindelijk terug uit te komen bij het ongrijpbare. Noem het somber, noem het kil.

Koen De Feyter


Afbeelding: Lady Lilith van Gabriel Dante Rossetti.

HTML5+CSS :: ✔ IPv6 :: ✔ DNSSEC